Het Jonge Kind

Oog voor interactie: “Oooh, kijk het sneeuwt!”

Als pedagogisch medewerker bent u de hele dag met kinderen in de weer. De manier waarop u met de kinderen omgaat, bepaalt in hoge mate of zij zich prettig en gezien voelen in de groep, of ze hun eigen keuzes volgen en vol initiatief aan de slag gaan en of ze lekker en betrokken spelen - alleen of met andere kinderen. U maakt voor ieder kind die leuke en leerzame speelomgeving. Spontane ingevingen zijn vaak prima. 

Onderstaande opdracht is gemaakt in het kader van de training ‘Oog voor interactie’ (januari 2019).

De wasteil binnen

Het verhaal begint als ik op de grond zit met de afwasteil met sneeuw, en wat bordjes en bakjes uit de huishoek. Om mij heen zitten peuters Rinette, Dylan en Dennis. Baby Luka kruipt op de grond en peuter Anne staat op een afstandje te kijken.*

Ik ga met mijn handen in de bak, en zeg hoe koud de sneeuw is. Dylan vraagt verbaasd: "Gaan we die hier even neerzetten?" "Ja", antwoord ik.

Rinette zegt dat er bakjes in de sneeuwbak liggen. "Ja, dat klopt. Dan kunnen we er mee spelen". Ik doe de sneeuw op een bordje en zeg: "Zullen we kijken of we een klein sneeuwpopje kunnen maken?" Ik kneed wat sneeuw tot een bal, en zet er een klein pannetje op als hoed.

Ondertussen is Dennis druk met een kiepwagen en de sneeuw. Hij graaft in de sneeuw, en legt een sneeuwbal die ik heb gemaakt op de bak van een kiepwagen. Daar gaat hij mee rijden.

Rinette vindt het eerst allemaal maar gek. Ze kijkt wat ik doe, en als ik zeg dat ik van het pannetje een hoedje maak zegt ze “Neehee”. Ze moet nog even wennen aan de sneeuw binnen. Na een tijdje zit ze wel te spelen. Niet met haar handen in de sneeuw, maar wel scheppend met een kommetje, om het zo op een bordje te leggen. Alles wat ze ervaart benoemt ze.

Dylan zit op zijn knietjes, en hij glundert enorm. Heel voorzichtig raakt hij de sneeuw aan, en hij moet erg lachen als hij ziet hoe ik vormpjes maak. Als hij het pannetje op de sneeuw duwt, en snel zijn handje terugtrekt lijkt het wel of hij schrikt van zijn eigen initiatief. Ik moedig hem aan om verder te ontdekken. "Wat gebeurt er als je met je handje dit pannetje in de sneeuw duwt?" Hij doet het niet, maar kijkt mij aan. Als ik het dan doe, en hij ziet dat het pannetje de sneeuw een vorm geeft, schatert hij het uit. Héél voorzichtig raakt hij de sneeuw aan met één vingertje. Later zit ook hij met een bordje de sneeuw heen en weer te schuiven.

Anne kijkt van een afstandje toe. Als ik haar vraag of zij ook de sneeuw wil voelen zegt ze “Nee” en gaat gauw ergens anders spelen. Ze blijft het wel van een afstandje in de gaten houden, al die gekkigheid. Later hoor ik van haar vader dat ze best wel bang voor sneeuw is.

Baby Luka komt voorbij tijgeren. Ik pak een handje sneeuw en houd het haar voor, zodat ze het kan voelen. Ze pakt het vast met één handje, en laat het meteen weer vallen. Dan voelt ze heel voorzichtig met een vingertje in de sneeuw. Na een tijdje is de interesse weg en wil ze andere aandacht. 

We spelen nog even samen met de sneeuw, totdat de vloer wel erg nat is en we op gaan ruimen.

Aanbod/introductie van het  materiaal

Ik heb de interesse van de kinderen gevolgd. Ze waren uit het raam naar de sneeuw aan het kijken. Ik ben er bij gaan zitten en heb met ze gepraat over wat we zagen. De vlokken die uit de lucht vielen, de bank die steeds witter werd, etc. Toen mijn collega buiten was en wat met de sneeuw speelde en sneeuwballen naar het raam gooide moesten de kinderen erg lachen, en vonden het interessant. Ik heb die collega gevraagd een afwasteil te vullen met sneeuw en mee naar binnen te nemen. We zijn op de grond gaan zitten en ik heb de kinderen verteld dat we zo aan de sneeuw konden voelen en er mee konden spelen. Ik heb verteld dat het buiten zo koud was dat je handschoenen aan moet. "Maar dan kan je de sneeuw niet voelen. Daarom halen we de sneeuw naar binnen, zodat je met je blote handen kan voelen." De kinderen waren vrij om er naar toe te komen, om te ontdekken of op een afstandje te blijven.

Betrokkenheid kinderen

In het begin vonden Rinette en Dylan het heel vreemd, maar ook wel erg interessant. Ze hadden een beetje aansporing nodig om echt te gaan spelen. Dennis daarentegen pakte meteen de auto’s erbij en ging op in zijn spel met de sneeuw. Het is moeilijk te zeggen wanneer hun betrokkenheid het grootst was; de aandacht verslapte niet. Behalve bij baby Luka was de aandacht volledig op de sneeuw gevestigd zolang deze binnen stond. Anne hield wel afstand, maar was met haar aandacht wel bij de sneeuw. Ze hield het goed in de gaten. Op mijn uitnodiging om ook even te komen voelen reageerde ze met een hele duidelijke  “Nee”. Ze liet zich niet betrekken in het spel. Kijken was voor haar spannend genoeg. Baby Luka was maar kort betrokken bij de activiteit. Ze heeft even aan de sneeuw gevoeld en dat was voor haar genoeg. Ze is nog maar 8 maanden oud en heeft een korte spanningsboog.

Spel verrijken

Ik heb het spel verrijkt door wat ideeën aan te dragen en deze voor te doen. Ik ben met mijn handen in de sneeuw gegaan om te laten zien dat dat oke was. Ik heb op initiatieven van de kinderen gereageerd. Door mee te gaan in hun spel, een stapje verder te gaan en vragen te stellen. "Wat gebeurt er als je het pannetje in de sneeuw duwt?" En er daarna samen achter komen dat je mooie vormen kunt maken. "Hoe voelt het als ik sneeuw op je hoofd leg?" "Kun je rollen over de vloer met de sneeuwbal?" Ik heb ook woorden en taal gegeven voor hun ervaringen. Steeds vertellen wat ik zie, voel en ervaar.

Conclusies

Het was een leuke, spontane activiteit. De kinderen hebben er van genoten. Ik ook. Door op de grond te gaan zitten en niet aan een tafel waren de kinderen ook vrijer om te experimenteren. Er werden auto’s bij gepakt, maar ook kommetjes en bordjes uit de huishoek. Ik denk dat dit aan tafel minder zou zijn gebeurd. Nu werd hun fantasie meer geprikkeld. Bovendien kon de baby nu ook gezellig even langs komen kruipen en de sneeuw ervaren.

De hele activiteit heeft misschien maar 10 minuten geduurd. Hoewel voor Dennis iets langer. We vonden later nog een sneeuwbal en water terug in een kiepwagen waarmee hij aan het spelen was. Toen de sneeuw teveel begon te smelten hebben we met grote handdoeken samen met de kinderen de vloer droog gemaakt.

De volgende keer zou ik meer het smelten van de sneeuw willen benoemen. Misschien een glas met sneeuw op tafel laten staan en in de loop van de dag bekijken hoe dat smelt. Nu heb ik de focus op het voelen gelegd en het smelten niet heel bewust benoemd. Terwijl dat ook een aspect van de sneeuw is wat interessant is voor de kinderen om te ontdekken. Dat is een gemiste kans.


Meer weten?

Wilt u meer weten over de  training ‘Oog voor interactie? Neem dan contact op met Dienke Uneken via 06 22 99 54 46 of dienke.uneken@ijsselgroep.nl


 * in het kader van de privacy zijn fictieve kindernamen gebruikt.