Blijvend verbeteren 1600x640

Blijvend verbeteren: schoolontwikkeling in drie modellen

Blijvend verbeteren: vier jaar lang doelgericht werken aan binding, verbinding, verlagen van werkdruk, doelgericht werken, eigenaarschap en onderwijskwaliteit. Niet de waan van de dag centraal, maar structurele verbetering zonder modegrillen. ‘Blijvend verbeteren’ gaat over autonomie van de professional, over de noodzaak tot het nemen van verantwoordelijkheid en over (slim) vertrouwen in de leerkracht.

Het doel is het realiseren van het best denkbare onderwijs. Daarbij zijn de (toets-)resultaten van het huidige onderwijs een onmisbaar gegeven. Opbrengstbewust werken is onontbeerlijk. Met ‘Blijvend verbeteren’ wordt het geven van ‘het best denkbare onderwijs’ onderdeel van het verhaal van iedere leerkracht. Leerkrachten willen goed zijn in hun vak. Ze ontwikkelen zich in hun vak door een houding te ontwikkelen die gericht is op reflectie en feedback. IJsselgroep streeft naar het realiseren van professionaliteit en intrinsieke motivatie. Onderwijsverbetering is onderdeel van een professionele houding.

On-der-de-len

Het project ‘Blijvend verbeteren’ bestaat uit onder andere uit de volgende onderdelen:

Stap 1: Samen op weg naar het best denkbare onderwijs.

  • De wens om te komen tot ‘het best denkbare onderwijs’ wordt omarmd. Als schoolbeleid en als bestuursbeleid.
  • Een directieberaad waarin samen met directie en bestuurder(s) het project door IJsselgroep wordt toegelicht en besproken. Er wordt een besluit genomen gericht op ‘blijvend verbeteren’.
  • De wens om de leerkrachten eigenaar te laten zijn van hun eigen kwaliteit en professionele ontwikkeling wordt als uitgangspunt van gedrag geformuleerd.

Stap 2: Erkenning van resultaten als thermometer van de kwaliteit van onderwijs

  • Er vinden teambijeenkomsten plaats op alle scholen (in alle onderwijsteams) o.l.v. de directeur m.m.v. de Blijvend verbeteren-consulent, waarin ‘het verhaal’ wordt gedeeld en omarmd.
  • Binnen de school wordt een werkwijze afgesproken met alle leerkrachten gericht op de evaluatie van het onderwijs. Hierbij spelen de toetsresultaten een rol als thermometer van de kwaliteit van onderwijs. Er wordt uitgegaan van de opvatting dat slechte resultaten het gevolg zijn van het feit dat kinderen niet hebben geprofiteerd van het onderwijs. Dat is een waardevrije en professionele constatering.

Stap 3: Analyse en verbetermaatregelen formuleren

  • Opbrengstbewust werken en het uitvoeren van analyses van de toets-resultaten, gericht op het komen tot verbetermaatregelen vormen de kern van het omgaan met toetsresultaten.
  • Op basis van de uitkomsten van de analyses gaat de leerkracht op zoek naar mogelijkheden om het onderwijs beter te laten aansluiten bij de leerlingen. Dat mag ‘verbeteren’ heten.

Stap 4: Verbetermaatregelen formuleren en uitvoeren.

  • Voor feedback kunnen op initiatief van de leerkracht klassenbezoeken door externen worden ingezet ( Audits).
  • Leerkrachten formuleren hun eigen verbetermaatregelen met als uitgangspunt het streven naar het best denkbare onderwijs op basis van ‘kernelementen van succesvolle didactiek’.
  • Hierover vindt een doorlopend professioneel debat plaats tussen leerkrachten.
  • Gedragsveranderingen worden beschreven aan de hand van ‘de Ladder’ (Ben Tiggelaar).  

Parallel: Monitoring en taakverdeling

  • In het directieberaad wordt de voortgang gemonitord aan de hand van het model denken in driehoeken. Verantwoordelijkheden in de driehoek Bestuurder – Directeur – onderwijskundig medewerker en in de schooldriehoek Directeur – Leerkracht – Intern begeleiders (en andere ondersteuners), worden benoemd en beschreven.  
  • Ondersteuning van directeuren en leerkrachten is op hun initiatief, conform het model
  • Management by Walking around (MBWA) door de initiatoren (één van de rollen in de driehoek) is belangrijk sturingsgedrag.
  • Voortgang wordt regelmatig zichtbaar gemaakt
  • Er wordt gewerkt met- en in professionele leergemeenschappen.

Rol van IJsselgroep

  • Het project wordt ingevuld in overleg tussen IJsselgroep en de betrokkenen. Betrokkenen zijn eigenaar. Besturen zijn initiator, scholen de actor en IJsselgroep is ondersteuner.
  • De ondersteuner is, conform het model, medeverantwoordelijk voor het realiseren van de doelen.

Randvoorwaarden en aanbevelingen

  • Andere activiteiten kunnen onderdeel van het project uitmaken.
  • Het project wordt aangegaan voor een langere periode (aanbevolen doorlooptijd is vier jaar)
  • Additionele ondersteuning door andere partijen dan IJsselgroep, wordt inhoudelijk getoetst aan de uitgangspunten van het project.
  • Het project omvat een professionaliseringsplan op bestuursniveau. Dit professionaliseringsplan wordt gemaakt binnen de driehoeken en met betrokkenheid van alle medewerker van een bestuur.
  • Het professionaliseringsplan is gericht op het vergroten van de professionele identiteit van de alle medewerkers van het bestuur en de scholen.

Wanneer en waar

In overleg bij u op locatie

Kosten

Op basis van offerte

Maatwerktraject

Uiteraard kan deze cursus ook via een maatwerkofferte. De kosten van een traject opbrengstbewust zijn afhankelijk van het aantal inhoudelijke trajecten, het aantal klassenbezoeken per school en per leerkracht, de hoeveelheid gesprekken met directeuren, etc. en datgene wat er in eigen beheer kan worden gedaan. IJsselgroep staat natuurlijk open voor samenwerking met onderwijskundig medewerkers van uw bestuur, die als implementatieondersteuners grote meerwaarde kunnen hebben.

Meer informatie

Wilt u in gesprek over 'Blijvend verbeteren'? Neem dan contact op met Albert de Boer,  onderwijsadviseur via 06 55 19 24 70 of via albert.deboer@ijsselgroep.nl